Om te beginnen

• Voor de desemstarter bestaan veel synoniemen: moederdesem is er eentje van.
• Een starter wordt gemaakt met gelijke hoeveelheden water en meel.
• Biologische hafvolkoren- of volkorenmeel zijn aangewezen
  • Rogge volkorenmeel is onze aanrader.
  • Op de foto een andere optie: een starter van tarwe Witte van Vlaanderen halfvolkorenmeel
• Geef je desem gerust een naam. Je raakt er snel aan gehecht.
  • Op de foto zie je Maurice

Werkwijze – dag per dag

Dag 1: start de starter

• Meng 150 gr water met 150 gr meel in een glazen pot.
• Roer het goed door elkaar.
• Sluit de pot af maar zorg dat er lucht aan het mengsel kan. Dus met een theedoek of in het geval je een weckpot gebruikt, deze niet hermetisch afsluiten.
• Laat 24 uur staan bij een normale kamertemperatuur.

Dag 2: ververs de starter

• Gooi de helft (150 gr) van de desem weg.
• Roer er dan 75 gr water door tot er een waterige massa ontstaat.
• Voeg 75 gr meel toe en meng alles goed door.
• Sluit de pot weer af, maar blijf er voor zorgen dat er lucht aan de desem kan.
• Laat 24 uur staan bij een normale kamertemperatuur.

Dag 3 tot dag 6: herhalen

• Herhaal elke dag stap 2: gooi de helft van het desem weg en voer het met vers water en meel.
• Na een paar dagen zullen er belletjes verschijnen. Na dag 3 of 4 zal de massa in volume gaan verdubbelen.
  Zie je veel belletjes ziet en is het volume goed toegenomen, dan is je starter gebruiksklaar.
• Hou er rekening mee dat een starter eerst zal toenemen en daarna weer inzakt. Plaats eventueel een streepje of een elastiekje op het potje om dat bij te houden.

Bewaren

• Bewaar de starter in een glazen pot.
• Bewaar je de starter in de frigo, ververs de desemstarter 1 keer per week.
• Bewaar je de starter op kamertemperatuur, ververs je starter dan elke dag.